Niet alleen kopers op de huizenmarkt hebben soms moeite om de financiering rond te krijgen. Ook verkopers kunnen niet zomaar van hun huis af, als ze een restschuld moeten herfinancieren.

De schattingen lopen uiteen, maar voor pakweg één miljoen Nederlandse huiseigenaren geldt dat hun hypotheek hoger is dan de marktwaarde van de woning. Dit kan een serieus probleem zijn bij verkoop van de woning, zo signaleert Het Financieele Dagblad zaterdag.

Door de dalende huizenprijzen, moeten verkopers waarvan de hypotheek ‘onder water’ staat soms extra clausules laten opnemen in het voorlopig koopcontract. Hierin wordt dan een voorbehoud wordt gemaakt voor de financiering van de restschuld.

Dit vormt een extra onzekerheid op de woningmarkt en vertraagt de verkopen. Aan de ene kant moeten kopers een hypotheeklening zien los te peuteren bij de bank, en aan de andere kant degenen met een restschuld een oplossing moeten vinden door eigen spaargeld aan te spreken, een alternatieve banklening af te sluiten, of familie om financiële steun te vragen.

Restschuld kan koper in de kaart spelen

Makelaarsvereniging NVM schat dat zesduizend verkopers in 2012 een voorbehoud moesten maken voor de financiering, aldus het FD. Dat duurt doorgaans zes weken.

De Vereniging Eigen Huis stelt tegenover het FD dat een restschuld de onderhandelingspositie van kopers kan versterken. Dit wordt bevestigd door makelaars. Voor verkopers is het daarom van groot belang om de afhandeling van een restschuld tijdig af te stemmen met de bank.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl